Het handelscentrum van Rabobank in de Londense City raakte in opspraak door te frauderen met rentetarieven. Maar ‘Utrecht’ deed daar net zo hard aan mee.
Het is januari 2007 als het prestigieuze handelshuis van Rabobank in Londen hoog bezoek uit Utrecht krijgt. Sipko Schat, net een jaar lid van de hoofddirectie van de bank en verantwoordelijk voor Rabo’s internationale zakenbank, komt langs. Londen is het zenuwcentrum van Rabo’s zakenbank. Er worden bakken met geld verdiend. Maar Schat weet eigenlijk nauwelijks iets van de afdeling. Hij komt er vrijwel nooit.
Het management in Londen, onder wie de ervaren Britse handelaar P., geven de Fries een warm onthaal. Hij krijgt een rondleiding door het moderne pand aan de rand van de City. Een bijna volledig glazen gebouw aan de Theems, met kamers voor de bazen die uitkijken over het water en de imposante bouwwerken aan de overkant: het Tate Modern, de Londen Tower Bridge. Die kantoortjes worden door de handelaren Death Row genoemd. Naar de tijd dat het allemaal nog niet zo voor de wind ging met Londen en directeuren bij bosjes de laan uit werd gestuurd.
Midden op de handelsvloer komt een trap uit die begint op de vierde verdieping. Het is een trap die ooit is aangelegd in opdracht van de grondlegger van Rabo’s Londense handelstak, de Duitser Alex von Ungern Sternberg, alias ‘Unga Bunga’. Hij liet die trap bouwen om de lijntjes met zijn handelaren kort te houden. Ofwel: hij wilde snel bij hen kunnen zijn om ze de wind van voren te geven als een deal mislukte. Stairway to Heaven heette de trap.
Na de rondleiding wordt Schat meegenomen naar de Royal Automobile Club voor een exclusief etentje. De club heeft binnenzwembaden, een Turks bad en twee golfbanen en was een van de belangrijkste promotors van de eerste grandprix op het Silverstone-circuit. Britser kan niet.
Tevreden keert Schat terug naar Utrecht. Hij zal zijn gezicht er in de jaren daarna niet vaak meer laten zien. Wat hij nog niet weet, is dat in Londen, reeds tijdens zijn bezoek, de grootste fraudezaak in de maak is die Rabobank ooit zal treffen. En die hem uiteindelijk zijn carrière bij de bank zal kosten. Zes jaar later zullen toezichthouders onthullen dat de Londense handelaren een belangrijk aandeel hebben gehad in de jarenlange manipulatie van de Libor-rente, een belangrijk internationaal rentetarief. Schat verklaart van niets te hebben geweten.
Geen typische Rabo-bankiers
Bankiers in the City zijn van een beduidend ander slag dan de traditionele Rabo-bankiers uit Utrecht. Dat moet Schat zijn opgevallen tijdens zijn schaarse bezoeken aan Londen. Duurbetaalde medewerkers (sommigen verdienen meer dan hijzelf, met bonussen die oplopen tot boven de 1 miljoen euro) die dingen zeggen te doen die niemand anders kan. Laat staan begrijpt. Daarvan hebben ze er in Utrecht niet zo veel.
Het zijn bankiers, voornamelijk Britten, die dure pakken dragen, horloges van duizenden ponden bezitten en in sportauto’s rijden. City-boys. Alhoewel er ook minder uitbundige types tussenzitten. Het zijn ook bankiers met hun eigen maniertjes. Manager P. is zo iemand. Hij is ongetrouwd en staat bekend als luidruchtig en grofgebekt. Hij heeft in zijn kamer een poster hangen van de film Catwoman met de schaars geklede actrice Halle Berry erop. Hij heeft haar een keer ontmoet omdat de filmproducent klant is van Rabobank.
Weliswaar is het niet het soort handelaren dat je bij de meest prestigieuze zakenbanken ziet, Goldman Sachs, Barclays, UBS. Daarvoor betaalt Rabobank weer nét niet genoeg. Bij Rabobank zit meer een ratjetoe van handelaren, inclusief mensen van middelbare leeftijd met een volkse achtergrond, in plaats van een dure kostschoolopleiding.
Maar niettemin wordt er keihard gewerkt en staat het leven in het teken van geld verdienen. Bonussen zijn de hoeksteen van de carrière van menig handelaar. Evenmin hebben handelaren er moeite mee om grappen te maken over het bewust benadelen van klanten. ,,Oh jee,mijn arme klanten, hehehe!!”, mailen handelaren naar elkaar na een manipulatiepoging.
Rabo wil wereldspeler zijn
Vanwege het ‘hogere doel’ neemt de Rabobank-top, inclusief Schat, die afwijkende cultuur voor lief. De oorspronkelijke boerenleenbank heeft in die jaren de ambitie om een wereldspeler te worden in de financiële sector, net als ABN Amro. De zakenbank, het handelshuis in Londen voorop, zijn cruciaal voor die ambitie. Het zijn de handelaren in Londen die de doelstelling moeten realiseren. Daarom worden ze met rust gelaten.
Er worden ook resultaten geboekt: de handelsvloer doet uitstekende zaken. En een jaar of zeven, acht eerder is Rabobank, mede door haar activiteiten in Londen, gevraagd om lid te worden van het Libor-panel. Dat is een panel waarin de grootste banken van de wereld zitten. Samen bepalen die dagelijks de Libor-rente (Londen Interbank Offered Rate), een internationaal rentetarief dat als basis dient voor de rente op duizenden miljarden aan financiële producten. Hypotheken, spaargeld. Maar ook swaps en futures.
Voor de top van Rabobank in Utrecht is dat een triomf. Die ziet het lidmaatschap als een teken van de ‘prestige’ die Rabobank dan geniet. Rabobank doet mee met de grote jongens: Goldman Sachs, JP Morgan, Citigroup. ABN en ING zijn niet gevraagd om toe te treden tot het panel. Terwijl die banken altijd neerkeken op de ‘provinciale bank’ uit Utrecht.
Diezelfde handelaren vinden die toetreding tot het panel zelf bepaald niet sexy. Bankiers in Londen zien de taak van het doorgeven van de Libor-tarieven in eerste instantie als corvee. Een feutenklus, bedoeld voor de jongste bediende.
Maar een paar jaar later, in 2006, ontdekt een aantal handelaren dat er toch voordelen zitten aan die nieuwe werkzaamheden. Bankiers die handelen in producten met een rente die is gebaseerd op Libor, zien in dat als zij op de een of andere manier de uiteindelijke Libor-rente kunnen beïnvloeden, zij hiervan profiteren. Hun beleggingsresultaten worden erdoor gestuurd. En daarmee hun bonus. Als het handelshuis als geheel meer winst weet te behalen, is de bonuspot die aan het eind van het jaar te verdelen valt, groter.
De handelaren beginnen te overleggen met de medewerkers die verantwoordelijk zijn voor het doorgeven van de tarieven, de submitters, terwijl daar in feite sprake is van belangenverstrengeling. Maar op dat moment is er nog geen richtlijn die zegt dat handelaren en submitters gescheiden moeten werken. Al snel praat iedereen met iedereen. Sterker, handelaren gaan op zeker moment zelf tarieven indienen. Submitters gaan handelen. Het kan omdat de bankiers bij elkaar zitten op één zaal, zonder ‘Chinese muren’ ertussen. De fraude is al een jaar volop aan de gang als Schat Londen bezoekt.
De bouwers van de universele Rabobank blijken dus in het geheim slopers. Vanuit Londen, vanuit de Death Row, wordt de kiem gelegd voor de geruchtmakende Libor affaire. De fraude waarvoor Rabo op 29 oktober 2013 een recordboete moet betalen van 774 miljoen euro en die haar reputatie als ‘de bank die het anders doet’ knakt. Toezichthouders zoals de Britse Financial Conduct Autorithy (FCA) concluderen dat de misstanden bij Rabo ,,een van de ernstigste” zijn die ze hebben aangetroffen bij de vier banken die tot nu zijn beboet in de Libor-zaak. Bij Rabo is sprake van ,,systematische pogingen” om de Libor-rente te manipuleren. Voor een groot deel heeft dat te maken met het feit dat Londen twee jaar lang ongestoord zijn gang kan gaan.
Spil in het Londense spel is het hoofd van de geldmarktdesk in Londen, T. Die is tevens hoofd van alle geldmarktdesks van Rabobank wereldwijd, inclusief die in Utrecht. T. is daarnaast baas van de submitters in Londen. Hij geldt als een Brit van het rauwere soort. Ook hij is een jongen van de terraces, de volkswijken in Engeland. Geen Oxford-type. Hij is een whizzkid, iemand die razendsnel kan rekenen. In e-mails naar collega-handelaren noemt hij zichzelf de ,,Libor-bitch”. Omdat hij keer op keer de tariefwensen van handelaren met plezier inwilligt. T. handelt zelf ook met regelmaat.
Volgens de FCA helpt T. ,,een cultuur creëren waarin manipulatiepraktijken als geaccepteerd worden beschouwd”. In twee jaar tijd ontstaat zo volgens de FCA een afdeling waar ,,manipulatie openlijk plaatsheeft en als een normale praktijk wordt gezien door een grote groep individuen.” T. wordt in maart 2007 door de British Banking Association (BBA) gewezen op zorgen over de betrouwbaarheid van de Libor-rentes. Dat is, voor zover bekend, de eerste keer dat er signalen bij Rabo terechtkomen. De BBA is de vereniging waar de Libor-banken hun tarieven afgeven.
Project Vanilla
Eind 2008, na twee jaar ongestoord frauderen, gebeurt er iets dat ingrijpende consequenties heeft voor het handelshuis in Londen. De Amerikaanse megabank Lehman Brothers valt om als gevolg van onhoudbare verliezen op giftige hypotheken. De financiële crisis wordt ingeluid. Vrijwel alle grote banken lijden grote verliezen als gevolg van de paniek die volgt op de financiële markten. Ook Rabobank.
Rabo besluit tot een ingrijpende sanering. Een deel van de activiteiten in Londen wordt overgeheveld naar Utrecht. Ook het doorgeven van de Libor-tarieven. Sleutelpersoneel wordt ontslagen, wat tot slepende rechtszaken leidt van de duurbetaalde Britse handelaren. Project Vanilla heet de saneringsoperatie. De afkoopsommen lopen tot in de miljoenen.
Vanaf dat moment ligt het zenuwcentrum van Rabo’s internationale activiteiten in Utrecht. Recht onder de neus van de hoofddirectie, die een paar verdiepingen hoger huist. Er komen nieuwe, Nederlandse managers die veel meer geworteld zijn in de Rabobank-cultuur. Het hoofd van de Utrechtse geldmarktdesk, P., volgt ‘Libor-bitch’ T. op. De Nederlander wordt vanaf nu direct verantwoordelijk voor alle geldmarkthandelaren en submitters. Zijn baas wordt D., een andere Nederlander afkomstig van ING. Voor beiden betekent de sanering in Londen promotie. ‘Libor-bitch’ T. verdwijnt later spoorloos.
P. staat bekend als een rustige man, hij is dan nog net geen veertig jaar. Hij is een fanatiek hardloper die binnen de bank wordt gerespecteerd. Een typische Rabo-jongen. Hij is niet het type dat ,,’s avonds in de kroeg zijn trouwring afdoet”, omschrijft een oud-collega hem. Zijn baas D., die dan halverwege de veertig is, staat bekend als iemand met goede sociale vaardigheden. Hij is blij met P. vanwege zijn specialistische kennis van de geldmarkten en zijn goede handelsinzichten.
Met de verschuivingen naar Utrecht wordt het proppen in de dealingroom. De zaal – een identieke maar grotere versie van die in Londen – zit tjokvol handelaren. De brandweer vindt het zelfs té vol en gelast dat de wandjes tussen de handelaren worden weggehaald.
Het gemanipuleer gaat in Utrecht minstens zo hard door. Ook al is er een nieuwe leiding, een andere cultuur en heeft de handel dichter bij huis plaats. De submitters onder leiding van P. hebben geen training gekregen hoe ze betrouwbare tarieven moeten berekenen, waardoor de ,,omstandigheden worden gecreëerd voor handelaren om aanzienlijke invloed uit te oefenen op de submitters”, zegt het Amerikaanse Openbaar Ministerie. Een handelaar uit Tokio neemt zelfs het gehele indienproces voor de Yen-Libortarieven over. Deze handelaar intimideert submitters als ze niet doen wat hij zegt. ,,Waarom heb je alle Yen Libor-tarieven verhoogd zonder dat mij te vertellen? We zijn toch een team? Je weet toch wat mijn positie is? ik snap niet dat je dit doet […]. Ik ben echt verneukt”, schrijft hij in een email.
De afgetreden topman Piet Moerland spreekt later van ,,ernstige misdragingen van het buitenlandsbedrijf”. Bij het publiek ontstaat het beeld dat de Libor-fraude louter een ‘Londens’ probleem is. Maar het was net zo goed een Utrechtse affaire. Twee jaar lang worden vanuit Utrecht volop Libor-tarieven doorgegeven op bestelling van handelaren. Het zijn tarieven die bedoeld zijn om de beleggingen van de handelaren gunstig te beïnvloeden.
Net als in Londen wordt de dealingroom in Utrecht volkomen met rust gelaten. Toezichthouders zeggen later dat de interne controleurs van Rabobank, waaronder de complianceafdeling, het Libor-proces niet als risicovol zagen en er niet of nauwelijks naar keken. Terwijl de verplaatsing naar Utrecht een aanleiding had moeten zijn voor een risicoanalyse. Omdat het doorgeven van de Libor-tarieven een nieuwe activiteit was voor Utrecht.
Daar komt bij dat de verleiding om te frauderen groot is. Rabo is groot in de handel in complexe financiële producten die gebaseerd zijn op de Libor-rente. Veel institutionele beleggers kopen die producten bij Rabo omdat die bank geldt als superveilig. De bank heeft als een van de weinige in de wereld een triple A status, de hoogste kredietwaardigheid van een bank. Ook na het uitbreken van de crisis behoudt Rabobank die status. De handel in derivaten wordt minder, maar blijft relatief groot.
Zolang de handelaren hoge winsten maken, worden ze met rust gelaten
Opmerkelijk is de rol van het nieuwe hoofd geldmarkten, P. Hij is onderdeel van de first line of defence. Hij stuurt de submitters aan die tarieven doorgeven. Zelf de rente manipuleren doet hij niet, zoals zijn voorganger. Maar erg goed opletten doet hij – bewust of onbewust – evenmin. Een medewerker stuurt P. een e-mail waarin wordt gesproken over manipulatie. Dat gebeurt daags voordat hij als leidinggevende verantwoordelijk wordt voor het proces. Op dat moment geeft hij al leiding aan een aantal andere submitters in Utrecht die ook tarieven doorgeven. Maar hij slaat hier niet op aan. Hij zou de e-mail niet of slecht hebben gelezen, omdat hij in die paniekerige Lehman-dagen wel honderden mails per dag kreeg. Als P. wel was aangeslagen, had de fraude vanaf dan kunnen stoppen.
Pas twee jaar later slaat P. aan op interne signalen over manipulatie. Hij hoort twee medewerkers praten over handelaren die de rente proberen te beïnvloeden. Hij wordt naar verluidt razend en laat intern een instructie uitgaan dat het afgelopen moet zijn met het frauderen. Vanaf dat moment spannen Rabo-handelaren niet meer samen met submitters om de rente te manipuleren. Maar de handelaren proberen wel nog steeds via medewerkers van andere banken de rente te beïnvloeden. Dat gebeurt tot en met maart het jaar daarop.
Dat P. twee jaar lang niet doorheeft dat er naar hartelust wordt gefraudeerd op zijn afdeling, is ook opmerkelijk. Zijn afdeling is klein, er werken 40 à 50 man. En ook al werken die op verschillende plekken in de wereld, op de handelsvloer in Utrecht wordt openlijk gepraat over manipuleren. In de buitenwereld nemen vanaf 2008 de zorgen over de betrouwbaarheid van de Libor-tarieven toe. De BBA scherpt in het najaar van 2008 de richtlijnen voor het Libor-proces aan. Waarbij de BBA Rabo expliciet meldt dat het níet de bedoeling is dat de Libor-tarieven worden doorgegeven door ,,mensen met primaire verantwoordelijkheid voor derivatenposities”. De Bank of International Settlements, de centrale bank van de wereld heeft enkele maanden daarvoor al gewaarschuwd voor handelaren die manipuleren voor persoonlijk gewin.
P. is volgens toezichthouder De Nederlandsche Bank ,,bekend met de discussies over de integriteit van het Libor-proces en was of behoorde bekend te zijn met de risico’s die verbonden waren aan dat proces.” Maar die bekendheid leidt bij P. niet tot actie. Noch bij zijn superieuren die ook weten van die signalen. P. doet in ieder geval niets aan de manipulatie. Tot eind 2010.
Libor-tarieven doorgeven geldt als corvee, een klus voor de jongste bediende
Toezichthouders wereldwijd nemen hem dat kwalijk. Ook al is het onduidelijk of P. nu wel of niet wist van de fraude. DNB zegt dat P. ,,op de hoogte” was van het mailtje van eind 2008. Het Amerikaanse OM houdt het erbij dat P. ,,geïnformeerd” was. Dat is juridisch iets anders dan dat hij de inhoud van het mailtje kende. De Rabobank behoudt het vertrouwen in hem, getuige het feit dat hij nog voor Rabo werkt. En ook dat hij namens Rabobank nog steeds lid is van een internationaal gerenommeerde financiële organisatie (ACI). Die club zegt zich onder meer in te spannen voor het ,,behouden van de hoogste standaarden binnen de beroepsgroep [van financiële specialisten, red.], door een voorbeeld te geven van correctheid en ethisch gedrag”.
Pas halverwege 2012 worden de submitters op afstand gezet van de handelaren. De geldmarktafdeling van P. wordt nu bij de treasury afdeling van Rabobank geplaatst, weg van de handelaren en bij de medewerkers die primair verantwoordelijk zijn voor het beheren van de kaspositie van de bank. De Libor-rente had hier, afgeschermd en ver weg van handelaren, al jaren eerder kunnen worden afgegeven.
Sipko Schat Topman die struikelde over de Libor-affaire
De carrière van Sipko Schat bij Rabobank kwam twee weken geleden tot een dramatisch einde. Schat was als directeur van Rabobank International eindverantwoordelijk voor het Libor-dossier. Na de schikking op 29 oktober bleef hij in eerste instantie aan. Topman Piet Moerland stapte wel op. Schat bleef voor de continuïteit en zei dat hij het vertrouwen had van de raad van commissarissen en van DNB. Hij had niets geweten van de fraude. Maar drie weken later moest hij toch opstappen. Lokale afdelingen van Rabobank en de leden van de bank eisten zijn vertrek.
Verantwoording
Anonieme personen
De namen van de in dit artikel genoemde handelaren en managers zijn bij de redactie van NRC Handelsblad bekend. Om privacyredenen zijn de namen echter teruggebracht tot de initialen van hun voornamen. In overleg met de advocaten van de Rabobank worden de namen van Sipko Schat, Piet Moerland en Alex von Ungern Sternberg wel volledig genoemd.